maandag 31 december 2012

Wat schaft de pot met kerst?



Dat is een serieuze vraag op de Jakker, ongeveer een maand geleden deden we de grote inkopen in Columbia. Maar die voorraad begint stilaan te slinken, zeker de verse dingen en lekkere dingen. Groenten konden we gelukkig een beetje aanvullen met basics in Nargana, het beetje kalkoen dat we kochten is zo goed als op, we hebben immers geen diepvriezeraan boord.
Sinds Columbia horen we stees weer het woord " rantsoen" terugkeren en we zijn ondertussen allevier een paar kilootjes lichter geworden. met kerst willen we het woord "rantsoen" of "spaarzaam zijn"dan ook niet horen. De opgespaarde nootjes, chips, koekjes, vanillepudding en de goeie fles wijn moeten eraan geloven maar daarmee is het kerstdiner nog niet bepaald.

Volgens onze familie traditie, eten we de laatste jaren tijdens het kerstdiner steeds kreeft...zeker een mogelijkheid hier. Af en toe komt er een dug out canoe (uitgeholde boomstam) voorbij die langousten verkoopt maar hier hebben we er nog geen één gezien. We besluiten om op kreeftenjacht te gaan en ons geluk te beproeven om geen hamburgers of weense worstjes te moeten eten met kerst.

Alle flessen worden gevuld, we halen onze duikmaterialen boven en gewapend met handschoenen, haken om de beesten te pakken en een zak vertrekken we met ons vier naar het rif waar we eerder al langousten zagen. Onze Franse buren doen mee en volgen ons in de dinghy. 
Langousten zijn nachtdieren dwz dat ze overdag verstopt zitten onder rotsen en in holen. Je spot ze enkel doordat de lange voelsprieten meestal uit hun hol steken, opletten geblazen dus.
Het is de eerste keer dat een duik in het teken staat van voedsel en het valt me ineens op hoe anders je kijkt naar je omgeving dan normaal. Vissen interesseren je niet, koralen ook niet, je scant de bodem op zoek naar gaten en holen of voelsprieten. JM vindt er eentje maar het hol is te diep en de langoust weet zich telkens in een ander hoekje te verstoppen, ik kijk een beetje verder rond en zie ineens een mega grote langoust zitten, vrij bovenop een stuk koraal! JM nog steeds druk bezig, komt uiteindelijk toch mee kijken wat ik wil tonen. Hij pakt de kreeft gewoon met een gehandschoende hand! Hem in de zak steken is iets moeilijker, hij klappert met zijn staart en zet de poten breed maar we slagen erin en gaan nog even verder op jacht. Uiteindelijk komen we na een duik van 70 minuten boven met 5 kreeften. Ons aandeel zijn 3 grote langousten, de Fransen hebben er 2 kleinere gevangen.

 
Ons kerstdiner is veilig gesteld!
s' Avonds smullen we van onze zelf gevangen langousten, met een beetje cocktail saus, pasta en wat groeten smaken ze uitstekend!

 

zaterdag 29 december 2012

Scooter duiken of scooter snorkelen? Grotten!

Holandes cays in San Blas, berucht of befaamd?
Ergens zou er in dit grote barrière-rif een doorgang zijn tussen binnenzijde en buitenzijde en aan ons om dit te zoeken, te exploreren, te doorgronden, in kaart te brengen en zoveel méér (zou blijken)!
Na onze onze aankomst op de oostelijke Holandes Cays, bleek de zee erg ruw te zijn, brekers van 9-12ft, zijnde 4mtr hoog. Niet bepaald aangenaam om dat langs een barrière-rif te gaan duiken, verkennen.
Na enkele uren rond scooteren met onze Poseidon onderwaterscooter, ideaal om op een korte tijd enorm veel afstand te verkennen (we doen op 1uur zo'n 2km rif verkennen) alsook om serieus diep te vrijduiken, de scooter trekt je naar beneden zo snel je je oren kan klaren en je bespaart veel lucht doordat je zelf niet moet zwemmen, waardoor je diepe vrijduiken kan maken, voor mij tot zelfs -30mtr diep (goed geoefend tijdens de Dive4Life trips van Time To Dive in België), vinden we wat lijkt een mogelijke grot-ingang te zijn. Op onze eerste dag reeds zoveel geluk, hmm?

Met behulp van de scooter probeer ik mee een weg te banen doorheen de brekers, maar al snel moet ik het opgeven doordat ik niets meer zie, mijn zicht onderwater wordt vertroebeld door miljoenen kleine luchtbelletjes, opgelost in het water door de grote overslaande brekers.
De tunnels induiken met behulp van de scooter maar zonder perslucht-apparatuur, lijkt een uitdaging die ook eindigt na 10 meter wegens nul zicht onder water.
Blij met het resultaat keren we terug naar de SY Jakker en bespreken we onze taktiek voor de komende dagen. We maken de duiksets klaar, duiklampen, mogelijke hulp-duikflessen, lijnen, haspels en noem maar op. Het gehele duikarsenaal dat we bij hebben wordt nagekeken, o-ringen opnieuw ingesmeerd met speciaal silicone-vet, batterijen opgeladen van de onderwater foto en video-apparatuur, we zijn er klaar voor.




Het weerbericht voorspelt de komende dagen afnemende golfhoogtes, dus we wagen opnieuw een poging na een goede nachtrust. Reeds bij het ontwaken horen de minder branding, de golven zijn rustiger en het lijkt ideaal. Bepakt met al het nodige duikmateriaal trekken we erop uit met onze bijboot, de Jak. Het is laagwater, dus ideaal om de verkenning te starten. Wat we aantreffen is ronduit fantastisch, helder water, rustige zeegang en dus starten we onmiddellijk de eerste verkenningstochten. Na een uur rondzwemmen, heb ik een eerste gedeelte met 2 grote kamers in kaart gebracht en ga ik terug naar de Jak alwaar ik zowel met Karen als Jaklien een 2de en 3de duik maak in dit gebied. Vele donkere tunnels en zij-passages zijn nog niet bereikt, maar dat is voor morgen. Na 3uur rondzwemmen en orientatie is mijn kaars uit, niet zozeer licht of lucht,nee, mijn energie!

Dag 3 beloofd even rustig te zijn als dag 2, maar oh nee, verkoop het vel van de beer niet voordat...?
Vol goede moed starten we aan de nieuwe exploratie-dag en wil ik een grote passage in kaart brengen tussen binnen- en buitenzijde. Met Karen aan mijn zijde, starten we met een basislijn doorheen een grote tunnel, maar éénmaal binnen, worden geconfronteerd met gigantische stromingen,die ons wegzuigen alsof we stofdeeltjes zijn! Onmogelijk hier tegenin te zwemmen, onmogelijk hier zelfs iets tegenin te brengen, toch slagen we erin een basislijn van 50meter te leggen, die later blijkt het begin te zijn van ons succes, namelijk het vinden van de doorgang tot aan de open zee!
We zijn dankbaar voor onze ervaring in grot duiken over de gehele wereld, zowel in Florida, Boedapest en Zuid-Afrika, want die gebruiken we hier maar ook erg blij dat we degelijk uitgerust zijn met duikmateriaal dat tegen een stootje kan, want dat is hier serieus nodig. Ook onze lichamen hebben al hun energie verspeeld en de laatste meters terug naar de hoofdkamers zijn een uitputtingsslag, een marteling.

Met gemengde gevoelens keren we terug naar de boot, onderweg meedrijvend met de sterke stroming, zien we vele roggen, haaien en al dat moois wat een barrière-rif kan tonen!

Dag 4 doen we opnieuw met dezelfde ijver en inzet als daags ervoren. De zee lijkt wat rustiger, golven zijn minder hoog en oh ja, het is daags voor Kerstmis.
Terug de hoofdkamers in, hmmm is deze stroming nu sterker of wennen we eraan?
De tunnel maakt ons onmiddellijk duidelijk dat er nog steeds een stevige klauter karwei wacht, want de stroming is alom. Geen mogelijkheid tot het verderzetten van de diepe exploratie en dus verkennen we enkele dwarse zijgangen, treffen veel vis aan alsook vele slapende haaien en ander moois. Ook besteden we veel aandacht aan de zeldzame schelpen die we in de diverse tunnels aantreffen en mijn gedachten gaan naar Chris Vos, dé kenner van schelpen die vorig jaar een prachtige tentoonstelling gaf in Aarschot en geen moeite bespaarde om ons rond te leiden en één en ander uit te leggen! Want zeg nu eerlijk, wie als duiker besteed er nu aandacht aan schelpen?? Wel, sinds die rondleiding is er voor mij een extra nieuwe dimensie opengegaan onderwater! Bedankt Chris!
Op dag 4 neem ik ook 2 Franse duikers mee in het tunnel systeem, Laurent en Regis. Beide stevige bretoense duikers met erg veel ervaring en enorm enthousiasme; Stevig of niet, ook zij worden dooruit de tunnels geblazen, hun kracht kan duidelijk niet op tegen al het natuurgeweld.
 

vrijdag 28 december 2012

Tunnels en stroomversnellingen

Voilà, we zijn weer terug in Nargana, the internet town of the San Blas. Niet dat we het echt gemist hebben, er was meer dan genoeg te doen de voorbije week.

Op de Cayes Hollandes bv, een groepje eilanden achter een gigantisch groot rif en tegelijk de buitenste en dus meest afgelegen eilanden van de hele archipel.


De GPS toont verschillende riffen op weg naar de ankerplek, maar omdat de kaarten eerder niet helemaal juist bleken te zijn, hou ik de koers mee in de gaten, vanvoor op de boeg van de boot. Hier kan je de riffen mooi zien liggen door de verschillende tinten blauw in het water voor ons, elke tint heeft zijn eigen diepte, belangrijk om het lichte blauw te vermijden. Ik hou ervan hier te staan, in de wind, het ruisen van de boeggolf vlakbij en je hebt het beste zicht op weer een nieuwe plek.



Eindelijk vinden we helder water!
Eénmaal op anker kunnen JM en ik niet meer wachten om hier op ontdekking te gaan met snorkel en zwemvliezen. We laten de Jak in het water en stuiven "in plané" over het azuurblauwe water richting rif. Tussen de ondieptes die naar het rif leiden, heeft er zich een dieper kanaal gevormd waardoor het water van de golven die continu over het rif slaan naar buiten stroomt. We volgen het kanaal stroomopwaarts tot aan het rif.
Door de hoge brekers op het rif, is het onmogelijk om van onze kant, de binnenkant van het rif, eroverheen te gaan richting zeekant, zoals we reeds eerder deden, om te duiken aan de buitenkant.
We varen verder evenwijdig met het rif, misschien is er ergens toch nog een doorgang?
Zo'n 500 m verderop stroomt het water nog harder naar binnen, via een soort kanaal. JM is er zeker van dat er een verbinding met de zee is. We ankeren de Jak en nemen een kijkje. Met behulp van de onderwaterscooter zwemmen we in het water makkelijk tegen de stroming in en kijken binnen in een brede onderwater canyon tussen de koralen. We zien grote oceaan trekkersvissen, allerhande baarzen en verschillende vertakkingen naar andere tunnels. Om de beurt duiken we onder terwijl de scooter ons naar beneden trekt, de diepte is slechts 4-5 m maar op snorkel zijn we beperkt en kunnen we de tunnels niet helemaal inzwemmen. We kijken allebei al uit om morgen terug te komen met onze duikuitrusting en lampen, zodat we het tunnelsysteem echt kunnen verkennen.

Op de terugweg pikken we nog even een "stroomversnelling" mee. We laten ons in het kanaal op snorkel meevoeren op de altijd aanwezige stroming. Vergelijk het met de stroomversnellingen in een zwemparadijs als Erperheide of Hengelhoef, het water is ongeveer even warm, de stroming net iets harden, alleen is het water zout en het zicht onderwater is anders dan de zwembad tegels van Erperheide. We hoeven bijna niet te zwemmen, het enige dat we doen is rondkijken en ja, we zien tientallen grote, ronde grijzige marmerroggen die eten zoeken op de zandbodem van het kanaal. Gigantische beesten met een staart, bijna dubbel zo lang als hun lijf, stuk voor stuk zitten ze als stofzuigers in het zand te wroeten op zoek naar een schelpenmaaltijd en storen zich niet aan ons. Een grote barracuda is nieuwsgierig, zo eentje als het "vriendje" van Julie op het huisrif in Bonaire, alweer een eeuwigheid geleden....
We ontwaren de donkere contouren en de typische zwembeweging van een verpleegstershaai en  zwemmen een heel stuk mee, ze doet enorm veel moeite om nog sneller te zwemmen dan ons, maar met onze vinnen hoeven we in snelheid niet onder te doen voor de haai.
Waar we in Egypte zoveel moeite doen om tijdens zware stromingsduiken of diepe duiken haaien of roggen te zien, zwemmen ze hier gewoon rond ons terwijl we een beetje meedrijven op de stroming met een dinghy achter ons aan, just so easy...ongelooflijk!

De stroomversnelling eindigt in grote koraalblokken, hier blijven we nog even rondhangen om de snelle baarsjes, veelkleurige anemonen, blauw-groene papegaaivissen en kleine schichtige blennies te bewonderen die rondzwemmen tussen het hersen- en geweikoraal, hun biotoop.
Wat een geweldige onderwater speeltuin! Hier kan ik me nog dagen amuseren in onze zelf ontdekte stroomversnelling en tunnel doolhof!
It just doesn't get any better than this!

woensdag 19 december 2012

Kuna Yala

Kuna Yala is het grondgebied van de Kuna indianen in Panama. De San Blas archipel maakt hier deel van uit.

Tupak is het eerste eiland dat we aandoen, na een nacht op zee is alle hens aan dek om ons door de hoge golven en riffen heen te leiden naar de ankerplaats.
Even later liggen we op anker in een waar filmdecor. Als je rondkijkt zie je aan de ene kant palmbomen met een wit strandje, iets verder het dorpje met rieten hutjes en aan de overkant van de baai de jungle van het Panamese vaste land, met daartussen verschillende boomstam kano's van de lokale bewoners. Ulu noemen ze deze bootjes, op het eiland zien we zowaar een werkplaats waar 2 mannen een boomstam omtoveren tot ulu. Nee, het uithakken van de boomstam gebeurt toch niet helemaal op de traditionele manier. De ruwe vorm wordt uitgezaagd met een heuse kettingzaag. Tja, de moderne wereld is nergens meer veraf...

Met gigantische zeebenen door al die dagen op zee en op anker, waggelen we verder door het dorpje. Het bestaat uit tientallen hutten, gemaakt uit boomstammen en een dak van palmbladeren. De sanitaire voorzieningen, met name de WC, vind je steeds aan de waterkant. Het is een kotteke boven het water, op palen gebouwd met wat stokken afgeschermd en waarschijnlijk een gat in de vloer...nee ik heb deze WC even niet uitgetest. Op die manier is het probleem van riolering wel opgelost natuurlijk, alleen heeft de waterkant meestal niet zo'n frisse geur....
Voor drinkwater lopen de vrouwen lopen de vrouwen met grote emmers richting de bron iets verderop. Langs een smal pad door de jungle en een riviertje wandelen we erheen. Buiten water halen wordt er in de rivier ook uitgebreid de was en de plas gedaan. Een paar vrouwen en kinderen zijn zich uitgebreid aant wassen. Wat er dan nog overblijft aan zuiver water is nog maar de vraag.

Je vraagt je nu waarschijnlijk af van wat deze indianen leven?
Wel de Kuna economie draait volledig rond kokosnoten. Elke Kuna familie heeft een aantal kokospercelen, die overgaan van vader op zoon. Elke boom levert ongeveer 30 kokosnoten op per maand, het hele jaar door en 1 koksnoot is zo'n 40 dollarcent waard...tel uit je winst. De kokosnoten worden gebruikt als betaalmiddel in de lokale winkeltjes of ze worden verkocht aan de Colombiaanse boten die elke week supplies leveren en kokosnoten opkopen.

De mentaliteit van geld verdienen is hier totaal anders dan in Europa. Elke Kuna waar we mee babbelden, vertelde ons dat hij niet meer dan een paar uur per dag werkt. Ze gaan enkel kokosnoten halen als er geld nodig is in het huishouden, is dat niet echt het geval dan werken ze gewoon niet. GEweldig toch om die keuze te hebben. Ze natuurlijk niet in de chique huizen die we in Europa zo op prijs stellen...

De vrouwen houden zich vooral bezig met mola's. Heel kleurige handwerkjes, bestaande uit verschillende lappen stof op elkaar waaruit dan patronen worden gesneden, die afgewerkt worden met kleurige randen.
Overal wenken de vrouwen ons om ze te komen bekijken en kopen. WE hebben dikwijls meer bewondering voor de traditionele kleding die ze dragen dan de mola's die ze willen verkopen. Kleurige kralen bedekken hun onderarmen en - benen, zussen dragen blijkbaar dezelfde kleuren.

Indrukwekkend om deze cultuur te leren kennen, ik voel me steeds en reus als ik langs hun sta. Ze zijn dan ook, na de pygmeëen, het kleinste volk ter wereld en zo vriendelijk. Dat valt me meteen op. Overal op de armere eilanden van de Carieb word je steeds geconfronteerd met bedelende mensen, jongens die naar je boot roeien en vanalles van je willen. De Kuna verkopen enkel hun koopwaar en in de dorpen waar we rondwandelen zijn ze oprecht vriendelijk en nieuwsgierig naar de blanke buitenlanders. Ze willen onze naam en leeftijd weten en zijn net zo nieuwsgierig naar ons als wij naar hun.
Op het eiland Mamitupu waren we het eerste jacht sinds 2 maanden, dat is toch fantastisch en geeft je een gevoel alsof je het eiland zelf ontdekte. Je hoort het al, de Kuna indianen zijn heel sympathiek en krijgen een speciale plaats in onze reisherinneringen.

Regen, water, drinken of dorst?

Leven op zee, op een zeilboot van 42voet ofwel 14 meter, heeft zijn beperkingen. Het is ons drijvend huis deze trip, expeditie of hoe je ook wil noemen,  maar je beseft al snel de luxe-mogelijkheden van thuis. Wat is een diepvries thuis? Een langdurige opslagmogelijkheid van eten, maar dat hebben we hier niet aan boord, dus moet er ofwel steeds ‘vers’ eten gekocht worden (geen sinecure in deze afgelegen San Blas  eilanden) ofwel moet je voldoende blik-voer aan boord hebben. Maar hoe is het dan gesteld met (drink)water? Onze boot heeft een tank van 440 liter water, dat we moeten gebruiken zoals thuis, voor eten te maken, afwas te doen,  ons te wassen, kledij te wassen (gelukkig is dat beperkt tot uitspoelen van zwemgerief gezien de dagelijkse kledij enkel dat betreft) maar verder dus ook drinken en ook bv voor de extraatjes waaronder het uitspoelen van ons duikmateriaal, onderwaterfoto- en videocamera, onderwater-scooter, enz!

(Water)spaarzaam is dus de boodschap! Wist je dat je jezelf kan douchen met 2 liter water en daarbij gerekend ook je (lange) haren kan wassen? Nee, dan sta je niet 15 minuten onder een stromende douche, maar denk je na over elke druppel water die uit de kraan stroomt. We leven met 4 personen op de boot en kunnen dus ‘zelfvoorzienend’ zijn zolang we water hebben. Omdat we lang onafhankelijk willen zijn en verafgelegen gebieden willen bezoeken die geen drinkwater hebben, zijn we spaarzaam, super spaarzaam. We kunnen leven met 5 liter water per persoon/dag, maar dan is 440 liter nog steeds snel op! Oplossing? Regenwater!

En vandaag is die oplossing gekomen, want het regent! In België kennen we dat natuurfenomeen maar al te goed. Druppels water die uit de hemel vallen en ons daardoor eerder treurig dan goedgehumeurd stemmen. Geloof me, als duikinstructeur kan ik dat gevoel maar al te goed, want wat is er leuker dan op een zonnige dag duikcursus  te geven aan goedgehumeurde mensen, denkend aan zonovergoten duikbestemmingen. Toch geef ik veel duikcursussen in de wintermaanden, omdat de mensen thuis dan meer vrije tijd hebben, minder verplichtingen, ’s avonds sneller donker, dus meer zin in ontspanning hebben. 

Hoe vaak kreeg ik de opmerking waarbij niet-duikers verbaasd waren dat regenweer toch geen invloed kon hebben op duiken, want ‘nat’ word je toch?? Inderdaad, gelijk hebben ze, maar de tijd voorafgaand aan het duiken, het klaarmaken van het duikmateriaal is warempel toch veel aangenamer met een zonnetje aan de hemel.

 

Het regenwater vandaag, hier en nu, vangen we op met een ingenieus opvangsysteem via het zeildoek boven de kuip van de boot (zeilterm=bimini-dak) en hiermee vullen we onze watertanks bij om zodoende onze mogelijkheden van rondzwerven weer te vergroten. Verbaasd ben ik dan ook, hoe we op enkele uren zowaar honderden liters water opvangen en in de watertanks gieten. Doen we dit thuis ook, waar het zo vaak regent? Ik bedenk me juist de maandelijkse waterrekening en neem me nu al voor dit onderwerp bij thuiskomst eens nader te bekijken! Maar eerst geniet ik nu even van de waterdruppels in een 30 graden warme omgeving die me alles behalve treurig stemmen. Want geef nu toe, bij 30 graden voelt die regen eerder aan als verkoeling dan wel als een vervelend iets en water-spaarzaam moeten we nu even niet zijn, dus ja, 15min regen-douchen mag nu en zelfs ongestraft uitlopen tot zelfs 20 minuten…

 

Vrijduiken, thuis en hier? Dol-fijn?

Dolfijnen, dolfijnen, roepen we elkaar toe!

Scholen dolfijnen zien we links en rechts van de boot en natuurlijk voor de boeg. Dolfijnen vinden het heerlijk om te cruisen op de boeggolf van een boot, ze gebruiken de opgewekte energie om zelf daardoor sneller te kunnen zwemmen of juist energie te sparen. Voor ons, een prachtig zicht van interactie tussen mens en let op, zoogdier! Eénmaal de vaart uit de boot verdwijnen de dolfijnen al snel, (zoals we in de Rode Zee al vaak meemaakten tijdens de Time To Dive reizen, steeds kwamen we dolfijnen tegen, maar als de grote boot stopte om mogelijks te gaan snorkelen of een interactie met de dolfijnen aan te gaan, hupla, waren ze diep in het blauwe water verdwenen! Een enkele keer niet en dan was het feest zoals ondertussen, na 20jaar Time To Dive-reizen organiseren en begeleiden in de Roze Zee, al wel duidelijk is. Een spontane reactie tussen mens en dolfijn in open zee, geeft een euforisch gevoel, een gevoel dat nergens anders in onze maatschappij terug te vinden is. Zij die dit reeds ervaarden, weten waarover ik spreek, voor de anderen, hoop ik dat zij hun leven kunnen verrijken door dit een keer te mogen ervaren.) echter hier in de blauwe open, ongerepte natuur tussen Colombia en Panama, zijn de dolfijnen té nieuwsgierig om te verdwijnen en blijven rond de boot hangen. Mijn masker en snorkel, lange vrijduik-vinnen liggen al klaar en binnen 30seconden lig ik tussen de dolfijnen.

Ik bedenk me dan ineens hoe blij ik ben met de steeds terugkerende vrijduik-oefeningen die ik steeds deed bij elke duiksessie in Dive4Life in Duitsland alvorens de (perslucht)duiklessen te starten (info: vrijduiken na persluchtduiken is erg gevaarlijk omdat je dan reeds stikstof in je bloed hebt van het duiken, dat terug kan vrijkomen en belletjes veroorzaken in je bloedbanen, beter gekend als de decompressie-ziekte).

Gezien we reeds geruime tijd (meer als 12uur) geen persluchtduiken gedaan hebben, kan ik me uitleven als nooit tevoren! Midden in open zee, in superhelder diep blauw water, temidden van dolfijnen vertoeven, géén andere boot in de buurt, alles voor ons alleen, je zou je bijna schuldig gaan voelen. Ik duik en duik, steeds dieper en steeds korter bij de spelende, rollende, kirrende dolfijnen. Ik kan er niet genoeg van krijgen. Hoe dieper ik naar beneden zwem, hoe dichter de dolfijnen durven komen. Karen is ondertussen, gewapend met waterdichte videocamera in het water gekomen en ook dat schrikt de dolfijnen totaal niet af. We genieten, nee, dat is een understatement, we voelen ons bevoorrecht, we zijn in een andere wereld terecht gekomen.



Maar ook steeds gaan mijn gedachten naar thuis, naar de thuisblijvers en hoe ik de afgelopen jaren er steeds naar streefde deze belevingen waar te maken voor anderen, om deze ervaringen te delen!

In september doken we met 8 TTd-ers tussen de tientallen mantas in de Azoren, het kostte ons 1 jaar deze reis voor te bereiden, maar oh, wat hebben ze genoten. Hoe trots was ik op die ene vrouw, die slechts enkele dagen voor deze reis had leren duiken en toen ineens tussen de mantas kon duiken, een voorrecht dat slechts enkele mensen meemaakten in mijn carriere.


Hier nu, deze ervaring delen, is van één heel ander kaliber, want vergeet even niet, we zijn reeds 6 weken onderweg, een hele tijd weg van thuis, van veel dingen die ons dierbaar zijn, maar ook, veel dingen die je moet regelen om zo'n lange tijd weg te 'kunnen' zijn! Onze maatschappij geeft vrijheid, maar wanneer je zo'n lange tijd weg wil, bemerk je ook dat diezelfde maatschappij je ook aan banden legt. Gelukkig heb ik het voorrecht thuis een Super-broer en Mega-zus te hebben en niet te vergeten, de vele medewerkers van Time To Dive, die mij de kans geven hier te zijn, want zonder hun??? No way, José!

Deze gedachten, slechts milli-seconden in mijn hersens, blijven hangen, geen seconden maar minuten-uren-dagenlang. Hoe intenser de ervaring, hoe dieper de gedachten aan hen die dit mogelijk maken voor mij!

Wanneer ik uiteindelijk uit het water kruip, laat ik een gevoel van weemoed achter. Wanneer zal de volgende ontmoeting zijn, want dit mag eeuwig duren! Ik neem me voor dit nog meer te delen voor de komende jaren en bedenk me dat ik toch een leuk reisprogramma heb samengesteld voor 2013 voor de TTD-klanten (dat ik jullie zal voorstellen in Januari bij mijn terugkomst) en dat ik zo weer dergelijke ervaringen en de ermee verbonden gevoelens kan delen met de toekomstige medereizigers in de Rode Zee, de Malediven, ja zelfs de Galapagos-eilanden en nog zoveel meer!

Ja, met die gedachten kan ik verder vandaag en met een glimlach op mijn gezicht bedenk ik me wederom wat een leuke, uitdagende en voldoening-gevende job dat ik heb, ik ben nu 20 jaar duik-instructeur en ik hou van mijn werk, nog steeds, elke dag méér en méér!

dinsdag 18 december 2012

Close encounters @ sea

Vanuit de laatste Columbiaanse  eilandengroep, waar we vooral veel geluierd hebben en JM en ik om beurten een paar dagen ziek zijn geweest, zeilen we rechtstreeks naar Kuna Yala, het San Blas eilanden gebied. Het is zo'n 120 zeemijl, ongeveer een dag en een nacht op zee dus.

We gaan weer alle vier over op "oceaan" modus en zeilen weg van de ankerplek aan het paradijselijke palmeneiland Tintipan (deel van de San Bernadino archipel in Columbia) maar al snel laat de wind ons in de steek. De motor gaat aan en we cruisen verder over een windstille zee. Desondanks is er een serieus hoge deining, die Jakker lekker heen en weer laat slingeren. Opnieuw beweegt alles.

Maar vandaag heeft de zee vanalles voor ons in petto, het is onze "lucky day". we krijgen tot 3 maal toe gezelschap van hele families gevlekte dolfijnen, die uitbundig komen spelen in de boeggolf van de boot.

Het scenario gaat steeds als volgt:
Iemand van ons spot  de zwarte vinnen wat verder op zee, vervolgens worden we allemaal wakker geschud uit het gehang op de boot en gaan we zo snel als mogelijk (remember de hoge deining) naar de boeg van de boot liefst gewapend met camera. De dolfijnen zwemmen meestal langs de boot, nog sneller dan we al varen op motor, en blijven zigzaggen in de boeggolf van de boot. Ze wisselen elkaar af, gaan dan weer even spelen in de hekgolf achter de boot. Ze hebben er duidelijk plezier in, soms hangen ze wel met een 6-tal voor de boot, het lijkt alsof ze tegen de onderkant van de Jakker geplakt hangen. Ongelooflijk hoe weinig moeite ze moeten doen om even snel als de boot te zwemmen, een fluitje van een cent. Superspeels draaien ze zich rond en bekijken ons terwijl wij hun bewonderen en recht in de ogen kijken. Wie kijkt hier naar wie??





Supervrolijk word je ervan. ik kan naar dit schouwspel blijven kijken. Als je er even mee bezig bent, kan je ze zelfs van elkaar onderscheiden aan de littekens op hun huid.

Natuurlijk vragen JM en ik ons af of ze zouden blijven rondzwemmen als we het water ingaan? De 3de groep blijft lang hangen en we wagen het erop. Nog steeds op open zee, motor uit, JM en ik in het water...de dolfijnen reageren schichtig en blijven ver van de boot als we in het water zijn. Zelf is ook wel even wennen met de hoge oceaan deining en de boot die wild op en neer gaat, je wilt niet te ver van de boot weg zwemmen maar ook niet te dichtbij zijn met deze golfhoogte.
Ik hou me vast aan een touw en JM begint te vrijduiken. Dat prikkelt hun nieuwsgierigheid en een groepje van 5 dolfijnen zwemt een beetje zenuwachtig rond. We horen ze constant communiceren met de typische harde klikgeluiden en de mooie sonar geluiden. Het lijkt wel alsof we temidden van een National Geographic documentaire rondzwemmen. Wat een super ervaring! Onvergetelijk!

Bunkeren en meer

De ankerplaatsen tot nu toe hadden veel supplies in de buurt, mits wat moeite om aan land te gaan. Het plan is nu om de komende maand naar meer afgelegen gebieden te zeilen en daar wat rond te zwerven. Dan heb je met 4 mensen aan boord behoorlijk wat voorraden nodig die op voorhand moeten ingekocht worden. Werk aan de winkel dus....

JM en ik gaan 2 dagen achter elkaar per taxi naar een grote Carrefour in de buurt, we slaan ongeveer 35 l Cola in en lopen de lijstjes af. Die gaan van WC papier tot groenten in blik, suiker, koekjes, chips, etc. We sleuren alles de boot op.

Tussendoor heisen we Tony ook nog de mast in voor inspectie van de verstaging en reparatie van het zeillicht, dat hebben we nodig als we 's nachts op zee zijn. Als ze het zweten beu zijn, nemen Tony en JM het schoonmaken van het onderwaterschip voor hun rekening, de onderkant van de Jakker wordt met borstels grondig schoongemaakt zodat de romp weer helemaal glad is. We profiteren nog een laatste keer van de wasmachine, sturen nog wat laatste emails, nog een laatste skype gesprek. Als de diesel en water tanks volgegooid zijn, is de Jakker helemaal klaar voor het avontuur.
Wij, kunnen ook niet langer wachten, na nog een laatste sundowner aan boord bij onze collega cruisers van de Lion King.

's Ochtends vroeg bij zonsopgang, zetten we koers richting Islas Rosaria, een paar mijl voorbij Cartagena. Het eerdere bustripje van 4 uur wordt nu een volle dag en nacht zeilen...
De wind is goed, golven redelijk hoog maar dat ben je na een halve dag ook weer gewoon. En zo stappen we weer over op "oceaan" modus, zijnde veel liggen, muziek luisteren, lezen, rondkijken....
Eten doe je tussendoor en geloof me op zee verandert je smaak, je hebt zin in de gekste dingen die je normaal gesproken niet lekker vindt. Een appel of boterham met choco is voor mij helemaal uit den boze. een rauwe wortel of een pakje noodles smaakt als nooit te voren. Raar wat de zee doet met een mens.

dinsdag 4 december 2012

Afscheid van Santa Marta,klaarmaken voor?

Alweer bijna 10 dagen voorbij nadat we de haven van Santa Marta binnenliepen met de SY Jakker en sindsdien waren de dagen steeds tekort: de lionfish wedstrijd, de regatta (ps filmpje staat op de TTD-facebook site), het bezoek aan de jungle, de uitstap naar Cartagena en ja, nu dus een jaartje ouder. Om het in zeemanstermen te zeggen: ik ben de kaap van 40 voorbij!
Wat betekent dat dan eigenlijk? Voel ik me wijzer, ouder? Nee hoor, ik ben gewoon nog steeds op zoek naar wijsheid en zoveel méér maar ook de klok blijft gestaag verder tikken, dus besef ik dat elke seconde telt, dat elke minuut gebruikt wordt en dat elk uur genoten wordt. Inderdaad, zo even weg van de snelweg doet je beseffen dat je-ons leven erg snel geleefd wordt in België. Een week lijkt niets, een dag nog minder...wat doen we er allemaal mee?
Elke dag weer beleef ik hier de wondere zonsopgang maar ook de ondergang, ik bedenk me dan, kijk ik er thuis ooit (nog) naar?
Enkele dagen geleden 'betrapte' ik mezelf erop dat ik fotos aan het maken was van de volle maan (zie onderstaand met de palmbomen, ja hoor, dat is een volle maan, géén zon) en dat ik erg tevreden was met het einde van de dag.
Weken heb ik géén TV meer gezien, mis ik deze? Nee hoor, absoluut niet...
Is het leven dan zo anders hier of zijn we thuis zo anders bezig met ons leven?
Hoe was het weer? 'werken om te leven' of juist ''leven om te werken''? Schuldig moet ik bekennen dat mijn laatste 20jaar vooral ''leven om te werken'' waren, met dat inzicht, dat ik mijn werk en hobby gecombineerd heb. Een slechte dag wordt dan 'werken' en een goede dag is dan 'hobby'.
Maar hoe gaat het dan verder, hoe beslissen we hoe we ons leven indelen? Op welke basis zetten we onze levenstocht verder?
Ja, van het leven op zee word je erg filosofisch; dat zie je nu wel aan mij. Nu denken er een paar in mijn familie, mijn god, wat gebeurt daar?? Wees gerust, mijn zeebenen zijn dit ondertussen al wel gewend!
Maar dus terug naar de realiteit of is het dat juist niet? De Jakker klaarmaken voor vertrek is in orde, de ruimen steken vol voorraad van de meest uiteenlopende aard, voedsel, drank, maar ook benzine, diesel, al het duikmateriaal is weer in orde, de scooter is weer gemaakt (een electrisch probleem opgelost met een 'overbrugging', tja, wat doe je anders hier? Bij problemen zoek je oplossingen).
Tja, zou ik ook mijn filosofische hersenspinsels kunnen overbruggen?? Of is dat nu juist geen probleem?

maandag 3 december 2012

Vieren in Cartagena


Samen met Bogota en Medellin, één van de meest bekende steden van Colombia. Een 4 uur durende busrit brengt ons van de marina in Santa Marta tot in het centrum van Cartagena….in de middagwarmte stappen we uit in de mierenhoop van de oude stad. Tientallen mobiele kraampjes verkopen sapjes, ijsjes, lokale maïskoeken, fruit, worstjes, … En dan heb ik de gewone souvenir verkopers nog niet eens meegerekend. Iedereen wilt een graantje meepikken van het toerisme hier…vooral toeristen uit Zuid-Amerika, veel Europeanen lopen hier niet rond.
 




 
 
Dat ontdekten we reeds tijdens onze zoektocht naar een mogelijkheid om euro’s te wisselen voor peso’s. Na anderhalf uur banken platlopen geven we het op. “Que señor? Euro’s? No solamente dolares”. Geen enkele bank wilt onze euro biljetten, het lijkt zelfs of ze er nog nooit van gehoord hebben.
We geven het op en hopen dan met onze plastieken kaarten ergens te komen, alhoewel we daar eerder al slechte ervaringen mee hadden. Maar Murphy blijkt ons gunstig gezind en nog geen 100 m van de laatste bank, zien we zowaar een heus wisselkantoortje. Klein en louche uitziend maar ze wisselen onze euro’s met de glimlach, we raken zelfs van onze laatste guldens uit Curaçao af! Ok, de wisselkoers daar zullen we niet teveel over nadenken.
We voelen ons rijk als we op ontdekking gaan in de oude ommuurde stad. Tijdens de ontdekkingsreizen van oa de Spanjaarde, groeide de stad uit tot een bloeiend economisch centrum. De mooie oude huizen met gigantische binnentuinen en de typische houten balkonnetjes getuigen daar nog steeds van. We slenteren door de smalle straatjes en nemen de atmosfeer van Cartagena in ons op. Als de hitte en drukte ons teveel wordt, vinden we in onze “Casa” een oase van rust en koelte.
 
Genoeg te doen in deze stad, geen probleem dus om met Jean-Marc een memorabele 40ste verjaardag te vieren. We starten met een ochtendwandeling door de ontwakende stad, waar elke verkoper zijn kraampje in gereedheid brengt voor weer een lange, hete dag. Daarna verorberen we een uitgebreide “home made” brunch, die de huishoudster van Casa Marco Polo ondertussen heeft klaar gezet. We genieten van een heerlijk vieruurtje bij de beste patissier in town, drinken een “sundowner” op het terras boven op de wallen van de stad, met een fantastisch uitzicht over het nieuwe Cartagena…kortom we genieten van de dag.

zondag 2 december 2012

Welcome to the jungle


You know where you are? You’re in the jungle baby…

Na een taxi rit van anderhalf uur richting de bergen stappen we uit in Taironaka in een heus film decor, ik begin spontaan de song van Axl Rose te zingen.


 

 
Palmbomen, een riviertje, slingerplanten, bamboe en een vochtige atmosfeer met muggen, veeeel muggen. Ons inspuiten tegen de muggen is dan ook onze eerste zorg zodra we uit de auto stappen. Gewapend tegen de muggen lopen we het pad af richting rivier waar de “lancha” (ons taxi motorbootje) ons opwacht.


 
 Als we allemaal veilig zitten in de wankele boot, varen we een Amazone decor in, bruin stromend water, strandjes langs de oever en dichte ondoordringbare jungle met allerlei exotische bomen en planten waarvan sommige me bekend voorkomen van thuis in de living. Ondanks een motor op volle toeren, maken we bijna geen snelheid zo sterk is de stroming. Langzaam maar zeker varen we verder, achter de bocht worden we gedropt aan het begin van een pad en lopen een grote exotische tuin in, we horen geluiden van vogels die we niet kunnen thuisbrengen, hier en daar staat een cabaña, een hut met een dak van palmbladeren.

Het is verrassend koel in de hutten, er is nochtans geen airco want dit is een eco-lodge zonder elektriciteit. Na het diner, dat bereid wordt door de lokale mama die hier met haar gezin woont, staat de volle maan aan de hemel, zodat we een beetje licht hebben om onze cabaña terug te vinden. Om 7u liggen we al in bed, zonder elektriciteit doe je niet zoveel wanneer het donker is.

We staan dan ook vroeg op, half 6, en vergezellen dochter Juliana op haar dagelijkse wandeling naar school. Ze moet elke dag een 35 min wandelen naar het dorpje met busstop, dan nog eens een uur met de bus tot de school. Wat een reis elke dag.

 

De wandeling gaat over een smal paadje door het oerwoud met alle onbekende geluiden inclusief. Het pad loopt over, of beter gezegd, door 2 riviertjes tot aan het dorp, waar de lokale mensen zich klaarmaken voor een nieuwe dag. Ondanks de muggen repellent, hebben we alle 4 last van jeukende beten, ongelooflijk hoeveel stekende insekten hier het leven vergallen.
Maar we bewonderen ook de grote gekleurde papegaaien die hier zitten, de kleine groene colibrietjes, een aapje en prachtige bloemen overal.

Bovendien is dit een archeologische site, waarvan de vondsten tentoongesteld liggen in het lokale museum. Deze site was eens een nederzetting van de Kogi indianen die hier leefden en zo goed als uitgeroeid werden door de Spanjaarden. De restanten zijn hier nog te bezichtigen.

In de late namiddag maken we de terug tocht op de rivier en brengt de taxi ons terug tot in het drukke lawaaierige Santa Marta, dag en nacht verschil met de rust in Taironaka. Het leuke hier is dan weer de verkoelende wind en een stuk minder muggen….bestaat het paradijs wel?