Het moest er eens van komen...mooie liedjes enzo.
JM en ik beslisten om nog een paar weken Costa Rica in te trekken en het cruisers leven al wat eerder achter te laten, we zijn er nu zo dichtbij.
Vanuit Nargana, een Kuna dorpje boeken we een vlucht in het lokale "boekingskotteke", kantoor kan je het echt niet noemen, een stukgesneden kartonnen doos vormt de desk, computers staan er niet, het enige waarmee gewerkt word, is een GSM om de beschikbaarheid te controleren en te reserveren. Namen, paspoort nr en datum van vertrek is het enige dat ze nodig hebben, betalen? Neenee niet hier, dat moet gebeuren op de luchthaven in Panama City, als je arriveert.
Nog nooit meegemaakt dat je eerst vliegt en dan pas betaalt maar goed, we kijken er niet meer echt van op, vlucht geboekt.
We staan veel te vroeg op, ik met een dubbel gevoel...we gaan nog niet naar huis maar we moeten wel weer afscheid nemen van mijn ouders. Het meest vervelende moment van elk bezoekje aan de Jakker maar jammer genoeg hoort dat er bij.
In 2 shiften varen we met de Jak naar de "luchthaven". Die bestaat uit een steiger, een klein vervallen gebouwtje, enkele "Kuna" wc's en de landingsstrip.
Gepakt en gezakt staan we effectief naast de landingsbaan te wachten, er komen 3 personen "luchthaven personeel" aangevaren die de "check-in" doen van onszelf en nog 5 andere passagiers. We moeten zelf onze naam op de lijst zetten terwijl onze bagage gewogen wordt op een gewone badkamer weegschaal. Allemaal erg primitief maar geweldig leuk om te zien dat deze manier hier gewoon werkt.
Dan is het wachten op het vliegtuig....eindelijk na een extra uur wachten, horen we het brommen van de motoren. De britten norman, een tweemotorig vliegtuig dat 6 passagiers kan meenemen, landt op 100 m van ons, er stappen 2 mensen uit....en de rest blijft zitten. En ja, onze vrees wordt werkelijkheid, er worden slechts 2 namen afgeroepen, zij mogen instappen, vliegtuig vol, 5 personen waaronder wijzelf blijven achter.
Blijkbaar is dit niet de eerste keer, morgen is de volgende vlucht wordt ons medegedeeld. Het Amerikaanse koppel wordt kwaad, zij hebben morgenvroeg reeds hun connectie vlucht naar huis.Maar het vliegtuig is weg en we varen samen met hun terug naar het dorp.
We kamperen met onze bagage voor het volleybalveld van het dorp, er is reeds een match en de lokale mannen zitten al aan de rum en het bier, t'is immers zondagochtend en al 9 u??
JM spreekt het hoofd van het dorp aan en kan uiteidelijk een lancha regelen die ons over 1,5 u oppikt en naar een ander dorp op het vaste land brengt, vandaar kunnen we dan verder per jeep. Lancha's zijn vrij kleine open en vooral natte boten die de intereiland transporten regelen voor de Kuna. Een soort van water taxi, die we op alle eilanden zagen.
Hier zit ik niet op te wachten, het waait vandaag nog harder dan andere dagen, dat betekent dat jezelf en je bagage kletsnat wordt op het uur varen richting Carti, maar goed veel keuze is er niet.
Gelukkig zorgt onze "Jakker crew"voor ontbijt, koffie en worden er gratis plaspauzes aangeboden aan boord. Voor ons is de Jakker gelukkig nog steeds een back-up als we hier niet weggeraken.
We hangen rond in het dorp, zweten ons te pletter, kijken naar het lokale volley tornooi en worden nog eens ondergedompeld in de Kuna cultuur.
De lancha is een half uur te laat, ondertussen zijn we weer afscheid aan het nemen....en net op dit moment komt de meneer van het luchthaven "kantoor" ons vertellen dat er een extra vliegtuig is aantocht is om ons op te pikken. Oei dit wordt moeilijk, gokken op 2 paarden werkt niet want de lancha taxi gaat ook vertrekken. Na even beraadslagen met onze Amerikaanse medereizigers, gokken we op de meer comfortabele vlucht. Spannend.....na nog es 2 u wachten, varen we terug richting luchthaven. De Jak en mijn ouders natuurlijk ook weer van de partij. Tijdens het uitladen barst er een gigantische tropische regenbui los... Kletsnat zijn we, bwah niet erg zo'n douche na een paar uur zweten.
Eindelijk horen we opnieuw het brommen van de motoren en komt dezelfde britten norman aangevlogen over de jungle, de piloten worden op gejuich en geklap onthaald, zij waren hier deze morgen ook. We dragen onze tassen zelf naar het vliegtuig, de piloot laadt ze in, we kiezen een zetel achter de piloten, ze stappen in, doen de checklist en starten de motoren. Hm dit doet mij terugdenken aan vliegen in zwartberg, met papa in de Cesna en later al staande achter de piloten in de grote Antonov 2.
De piste is net lang genoeg om op te stijgen, ondertussen wuiven we nog eens naar mijn ouders, ze worden langzaam kleine figuurtjes....ik vraag me af wanneer en vooral waar we hun weer zullen terug zien?
Maar er is gelukkig weinig tijd om hierbij stil te staan. Het uizicht is adembenemend. We vliegen over alle eilandjes die we de afgelopen weken al zeilend verkenden en ondertussen heel vertrouwd zijn. We zien de ankerplaats van Nargana met een kleine Jakker in het midden, iets verder het grote zeeschip vastgevaren op het rif, alle kleine eilandjes errond....supermooi om vanuit de lucht te zien.
De piloten trakteren ons op een extraatje, een sightseeing toertje in de vorm van een low-pass over de ankerplaats van Green Island inclusief 360 bocht. We genieten van de verschillende tinten blauw water, het witte van de stranden, de palmbomen en riffen met branding die het eiland omzomen. We herkennen zelfs Giggles, bevriende Nederlandse cruisers op anker zo laag vliegen we. Dit soort vliegen is te gek!
Daarna klimmen we om over de bergen te vliegen en amper 45 min later staan we op de luchthaven in Panama City.
Raar hoe snel je went aan kleine hutjes, zanderige wegjes, geen internet, back to basics....hier is weer alles te krijgen. We trakteren onszelf op een uitgebreide en overvloedige douche, op een lekkere steak en een goed, betaalbaar glas wijn.
En ja hoor, al deze overvloed, grote gebouwen, pubs, Amerikaanse ketens, druk verkeer....daar wen je ook weer aan in een mum van tijd.
Maar het cruisers leven in Kuna Yala heeft ongetwijfeld indruk nagelaten. Ik zal tijdens een douche nog dikwijls terugdenken aan de Kuna die met bootjes hun water uit de rivier halen of aan mijn ouders die elke regenbui verwelkomen in de vorm van drinkwater. Wij, Westerlingen zijn zo verwend met onze overvloed aan koekjes, twix, chocolade, chips, etc... En we beseffen het niet eens meer!